Een school heeft de wettelijke bevoegdheid om een leerling te schorsen. Een schorsing houdt in dat de leerling geen toegang heeft tot de lessen en de school en het schoolterrein. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren vanwege verstorend of agressief gedrag van de leerling of van de ouder. Wat zijn de regels?
Schorsing
Een schorsing een ingrijpende maatregel. Daarom bepaalt de wet het volgende.
- De schorsing mag ten hoogste voor de duur van één week plaatsvinden.
- Als het gaat om een schorsing van langer dan één dag moet de school de Onderwijsinspectie op de hoogte stellen.
- Bij schorsing wordt de afwezigheid van de leerling gezien als een geoorloofde afwezigheid van het geregeld schoolbezoek, zoals opgenomen in artikel 11 van de Leerplichtwet.
- Gedurende de schorsingsperiode blijft de school wel verantwoordelijk voor het onderwijs van de leerling.
- Het besluit tot schorsing moet schriftelijk aan de leerling/ouder bekend worden gemaakt. Daarbij moet de reden voor de schorsing worden vermeld. Dat de school een wettelijke bevoegdheid heeft om een leerling te schorsen betekent niet dat de school daar ook in alle gevallen het recht toe heeft. De school moet de feiten onderzoeken en het besluit tot schorsing motiveren.
Verwijdering
Het besluit tot verwijdering is het meest verstrekkende besluit dat een school ten aanzien van een leerling kan nemen: de leerling zal worden uitgeschreven en is niet langer leerling van die school. Er is sprake van definitieve verwijdering wanneer de school de leerling niet langer ingeschreven wil hebben. De verwijdering kan verschillende redenen hebben, bijvoorbeeld:
- Wangedrag. Dat kan zijn wangedrag van de leerling, waardoor de orde, rust en veiligheid op school in gevaar komt of wangedrag van de ouders. Verwijdering wegens wangedrag is een ‘ordemaatregel’. Het schoolbestuur kan zelf beslissen of en welke ordemaatregel wordt opgelegd. De school moet wel zorgvuldig handelen en de juiste procedures volgen.
- Niet kunnen voldoen aan de ondersteuningsbehoefte. De school is niet (langer) in staat om de leerling de juiste ondersteuning te geven. Als dit de reden voor verwijdering is, moet de school in elk geval onderzocht hebben wat de ondersteuningsbehoefte van de leerling is en of de school daar zelf aan kan voldoen. De mogelijkheden tot ondersteuning van de school staan beschreven in het schoolondersteuningsprofiel. Kan de school de benodigde ondersteuning zelf niet bieden, dan moet zij een andere passende onderwijsplek voor de leerling vinden. Dit wordt de zorgplicht genoemd.
Verwijdering door handeling in strijd met grondslag van de school
Een reden kan ook zijn dat de leerling handelt in strijd met de grondslag van de school. In de wet en rechtspraak worden strenge eisen gesteld aan een dergelijk besluit:
- De beslissing tot verwijdering wordt in beginsel genomen door het schoolbestuur.
- Voordat tot verwijdering wordt besloten moet de school het voornemen daartoe kenbaar maken aan de ouder/leerling en deze in de gelegenheid stellen om te worden gehoord.
- Voordat wordt besloten tot verwijdering hoort het bevoegd gezag de betrokken groepsleraar (primair onderwijs).
- Definitieve verwijdering vindt slechts plaats na overleg met de onderwijsinspectie.
in het verwijderingsbesluit moet duidelijk worden gemaakt wat de reden is voor verwijdering. In deze schriftelijke mededeling staat ook hoe tegen de beslissing bezwaar kan worden gemaakt. - Als het een leerplichtige leerling betreft kan de leerling pas definitief worden verwijderd als de school ervoor heeft gezorgd dat een andere school (dat kan ook een school voor speciaal onderwijs zijn) bereid is om de leerling toe te laten.
- Net als bij een schorsingsbesluit geldt ook dat een besluit tot verwijdering van een leerling ter toetsing aan de rechter kan worden voorgelegd. Juist omdat verwijdering de meest verstrekkende maatregel is moet de school goed motiveren waarom tot verwijdering wordt overgegaan. Daarbij moet de maatregel ook in verhouding staan tot de ernst van het gedrag van de leerling/ouder.
- Ouders kunnen binnen zes weken schriftelijk bezwaar maken bij het schoolbestuur tegen het verwijderingsbesluit of tegen de schriftelijke mededeling van de school dat zij van plan is de leerling te verwijderen. Het schoolbestuur moet binnen vier weken beslissen op dat bezwaar.
- Mochten de ouders het niet eens zijn met plaatsing op deze school, dan verwachten wij dat de school met de ouders (en andere partners) het overleg voortzet om zo alsnog tot overeenstemming te komen. Lukt dit niet binnen afzienbare tijd, dan kan contact met het samenwerkingsverband, de leerplichtambtenaar en zo nodig, een onderwijsconsulent, de oplossing bieden.
- Bij verwijdering van een leerling dient de leerling de school te blijven bezoeken totdat de leerling terecht kan op een nieuwe school. Leerlingen mogen dus niet geschorst worden in afwachting van verwijdering.