De AOW-gerechtigde werknemer heeft recht op loondoorbetaling tijdens ziekte voor een periode van dertien weken (art. 4 sub b ZAVO/ZAPO). Daarna stopt het recht op loon. De werknemer blijft wel in dienst totdat de arbeidsovereenkomst eindigt (van rechtswege of door opzegging/ontbinding).
Als de werkgever de arbeidsovereenkomst tussentijds wil opzeggen, moet daar een redelijke grond voor zijn. Voor beide partijen geldt een opzegtermijn van een maand. Als de werknemer gedurende het ziekteverlof herstelt, gaat hij weer aan het werk en wordt het loon weer betaald.