Terug naar overzicht

Meer tijdelijke contracten en groei bureaucratie door toename doelfinanciering

Uit het rapport ‘Geld onder voorwaarden’ van onderzoeksbureau Andersson Elffers Felix blijkt dat doelfinanciering een steeds groter deel van de totale inkomsten van po- en vo-scholen vormt. Percentages van 10 tot 20% van de totale financiering zijn inmiddels gebruikelijk, ook komen uitschieters van 30% voor.

Naast de reguliere basisbekostiging (lumpsum) gaan er vanuit de overheid extra geldstromen naar scholen voor specifieke doelen of speerpunten, zoals subsidies en geoormerkte bekostiging. Dit heet doelfinanciering. In opdracht van de PO-Raad en VO-raad heeft onderzoeksbureau Andersson Elffers Felix (AEF) de omvang en effecten van doelfinanciering in het primair en voortgezet onderwijs in kaart gebracht.

Negatieve effecten

  • Met tijdelijke financiering is het niet mogelijk personeel een vast contract te geven, het aantal tijdelijke contracten neemt toe.
  • De concurrentie tussen scholen om personeel aan te trekken groeit.
  • Scholen doen vaker, noodgedwongen, een beroep op commerciële (uitzend)bureaus.
  • Doelfinanciering betekent groei van bureaucratie en administratieve lasten in de scholen.
  • De ongelijkheid tussen scholen groeit, omdat kleinere scholen hebben minder capaciteit om extra geld aan te vragen.
  • Subsidies en andere doelfinanciering komen en gaan, waardoor voorspelbaarheid voor scholen afneemt en duurzaam een meerjarig (begrotings)beleid vormgeven lastig is.

Wanneer is doelfinanciering wel nuttig?

Door de toename van doelfinanciering neemt de stabiliteit en flexibiliteit in de bekostiging de laatste jaren af. Het onderzoeksbureau adviseert daarom terughoudend te zijn met doelfinanciering. Uit de gesprekken met schoolleiders en bestuurders komt nog een aantal criteria naar voren die nodig zijn om doelfinanciering goed te laten werken:

  • Financiering moet vooraf duidelijk, op tijd, gericht en meetbaar zijn en een helder doel hebben.
  • Gebruik het voor extra taken bovenop de kerntaken van de scholen.
  • Zet het in voor een langere periode.
  • Hoe minder regelingen hoe beter: voorkom disproportionele administratieve, verantwoordings- en controlelasten.

Meer weten?

Gerelateerd