Terug naar overzicht

Wie is VBS-bestuurslid Rob van der Veer?

Wie zitten er in het bestuur van de VBS? Wat is hun motivatie? Deze keer stelt Rob van der Veer zich voor. Hij is directeur – bestuurder Montessori Stichting Vreugd en Rust. Sinds 2022 is hij penningmeester in het VBS-bestuur.

“In de jaren ’90 ben ik begonnen als leraar op een Montessori-basisschool in Delft. Vrij snel ben ik directeur geworden. In beide rollen heb ik dezelfde drijfveer: ik wil mensen tot ontwikkeling laten komen, of dat nu leerlingen zijn of volwassenen. Het is mooi dat je kunt bijdragen aan de groei van een persoon.

Voor mij past het Montessori-onderwijs perfect bij dat idee: autonomie van het individu staat centraal, je probeert zo goed mogelijk aan te sluiten op de onderwijsbehoeftes van een leerling. Je benadert de klas niet als groep, maar je differentieert. Als je 28 kinderen in de groep hebt, dan heb je ook 28 niveaus. Je staat ook niet boven de leerling, maar ernaast, als coach. Vanuit die visie geef ik ook leiding.

Na de basisschool in Delft ben ik directeur geweest op verschillende basisscholen binnen de Rotterdamse Vereniging voor Katholiek Onderwijs. Ook heb ik meegewerkt aan de verzelfstandiging van de Thomas More Hogeschool. Nu ben ik directeur-bestuurder voor de Montessori Stichting Vreugd en Rust, een klein schoolbestuur met twee locaties. Verdeeld over die locaties hebben we ruim 900 leerlingen en 100 medewerkers. De stichting is in hart en nieren Montessori.”

Vorig jaar zag ik de oproep voor een nieuw bestuurslid van de VBS. We zijn een vereniging, je moet het met elkaar doen, dat trekt me heel erg. Ik vond daarom dat ik me beschikbaar moest stellen.

Ik sta ook heel erg achter de idealen van de VBS. We zijn er voor bijzondere scholen, voor het traditionele vernieuwingsonderwijs. Dat je als ouders in Nederland kunt kiezen uit verschillende onderwijsvormen is enorm waardevol, net als het zelf kunnen starten van een nieuwe school. Overigens zie je dat soort initiatieven vooral ontstaan bij een- of tweepitters. Dat moeten we behouden, koesteren en ondersteunen. Het is belangrijk het andere geluid te laten horen in het Nederlandse onderwijsveld.”

Gerelateerd