Terug naar overzicht

Regeerakkoord Rutte IV: Veelbelovende aanzet, maar ook vraagtekens

“Iedereen in Nederland verdient een goed bestaan en moet mee kunnen doen. Dat begint bij het bieden van dezelfde kansen aan alle kinderen, jongeren en studenten om zich te ontwikkelen en te ontplooien.” Deze intro van de onderwijsparagraaf in het op 15 december gepresenteerde regeerakkoord Omzien naar elkaar, vooruit kijken naar de toekomst van VVD, D66, CDA en ChristenUnie is de aanzet tot een veelbelovende paragraaf waarbij fors extra wordt geïnvesteerd in onderwijs. Zo gaat er 1 miljard euro per jaar naar onderwijskwaliteit, 1 miljard euro per jaar naar het vergroten van kansengelijkheid en achthonderd miljoen per jaar naar leraren en schoolleiders. Een noodzaak om artikel 23 van de Grondwet aan te passen is er niet.

De vraag is wel hoe al die middelen ingezet gaan worden. In grote lijnen wordt het aangegeven, maar het behoeft nog veel uitwerking. Zo komt er een ‘masterplan’ voor lezen, schrijven en rekenen waarbij gebruik wordt gemaakt van bewezen effectieve lesmethoden. Ook gaat duidelijker worden aangegeven wat de politiek van scholen verwacht. Hoe dit zich verhoudt tot de vrijheid van inrichting moet blijken.

Verder is het de bedoeling dat de middelen zoveel mogelijk rechtstreeks naar de klas gaan volgens de systematiek van de werkdrukmiddelen. Een ander voorbeeld is de overgang van basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs. Hier pleit het regeerakkoord voor verbetering. Maar hoe?

De versterking van de onderwijskwaliteit, de investeringen in leraren en schoolleiders en het vergroten van kansengelijkheid zijn zaken waar VBS de afgelopen jaren aandacht voor heeft gevraagd. Over het hoe is veel nog niet duidelijk. VBS houd je de komende tijd over deze en andere onderwerpen uit het regeerakkoord op de hoogte.

Het volledige regeerakkoord vind je hier.
(16-12-2021)

Gerelateerd