Terug naar overzicht

Handvatten voor zorgvuldig en solide uitvoeren nieuwe regels RVU

Tussen 2021 en 2025 mogen werkgevers aan oudere werknemers uitkeringen uit hoofde van een regeling vervroegd uittreden (RVU) doen tot een bedrag dat netto overeenkomt met de AOW. Welke voorwaarden gelden en waarop te letten bij de uitvoering, lees je in dit artikel.

Drie voorwaarden
Om onder de RVU-drempelvrijstelling te vallen, moet een RVU aan drie voorwaarden voldoen.

  1. 36 maanden of minder van AOW-leeftijd verwijderd
    Allereerst kan het alleen worden toegepast vanaf het moment dat de werknemer 36 maanden of minder van zijn AOW-leeftijd is verwijderd. Wordt de RVU voor een langere periode afgesproken, dan geldt de fiscale vrijstelling niet voor uitkeringen gedaan in de maanden die voor deze 36 maanden liggen.
  1. Hoogte RVU is maximaal gelijk aan RVU-drempelvrijstelling
    De werkgever kan een werknemer maximaal drie jaar direct voorafgaand aan de AOW-leeftijd een bedrag meegeven ter hoogte van maximaal 36 maanden x de drempelvrijstelling van € 1.847 bruto per maand (2021), zonder dat daarover de RVU-heffing van 52 procent verschuldigd is.
  1. Drempelvrijstelling geldt voor de jaren 2021 – 2025 met uitloopperiode
    Er is een uitloopperiode van drie jaar. Als uiterlijk op 31 december 2025 een RVU wordt overeengekomen met een werknemer die uiterlijk op 31 december 2028 de AOW-leeftijd bereikt, dan kan tot en met 31 december 2028 de vrijstelling worden toegepast op de RVU.

Maandelijks uitbetalen wenselijk
De wet schrijft niet voor hoe de uitbetaling van een RVU eruit moet zien, maar in de regel is voor een werknemer een maandelijkse RVU-uitkering het meest wenselijk. De RVU-uitkering is inkomen waarover inkomstenbelasting is verschuldigd. Zou een RVU-uitkering voor de hele periode in één keer worden uitbetaald, dan is dit meestal fiscaal ongunstig voor de werknemer.

Er zijn twee manieren waarop een werkgever de maandelijkse uitkeringen aan de ex-werknemer kan vorm geven. Of de werkgever schakelt een derde partij in voor de uitbetaling van de RVU-uitkering of de werkgever betaalt het zelf uit aan de werknemer. Van belang is dat diegene die een RVU uitvoert, inhoudingsplichtig wordt voor de loonheffing. De inhoudingsplichtige moet bij de Belastingdienst aangifte loonheffingen doen. Een sociaal fonds kan een collectieve RVU uitvoeren.

Voor meer informatie, zie de handreiking van het Ministerie van SZW

Beoordelings- en Ontwikkel tool (BOOT) voor leerkrachten
Een aantal scholen dat deelneemt aan het VBS-netwerk P&O vo is begonnen met de implementatie van de beoordelings- en Ontwikkeltool (BOOT) voor leerkrachten, waarmee zij zelf hun ontwikkeling monitoren, analyseren en vertalen naar afspraken. Tijdens de volgende bijeenkomst in juni worden de eerste ervaringen gewisseld. Heb jij er al ervaring mee en wil je die delen? Laat het ons weten via helpdesk@vbs.nl.

(17-03-2021)

Gerelateerd