Terug naar overzicht

Eerste hulp bij gescheiden ouders

De 10-minuten en adviesgesprekken staan weer voor de deur. Dan krijg je automatisch te maken met gescheiden ouders en misschien zelfs nieuwe partners. De vijf meest gestelde vragen rondom welke informatie je aan wie mag verstrekken, vind je hieronder. Eerder stelde VBS al samen met andere profielorganisaties een praktische handleiding hierover op. Die kun je opvragen bij Nienke van de VBS Helpdesk.

  1. Waarover moet ik welke ouder informeren?

    Ga eerst na wie van de ouders het ouderlijk gezag over het kind heeft. Hebben beide ouders het gezag, dan zijn zij samen verantwoordelijk voor beslissingen aangaande het kind. Weigeren ouders die samen het gezag hebben elkaar op de hoogte te brengen of spreken ze elkaar niet meer, dan moet je beide ouders in gelijke mate informeren. Dit kan dubbel werk betekenen. Verder is het sterk aan te raden de echtscheidingspapieren op te vragen, om zelf goed geïnformeerd te zijn. Heeft één van de ouders het gezag over het kind, dan kun je volstaan met het informeren van en het voeren van rapportgesprekken met die ouder. Het Burgerlijk Wetboek bepaalt namelijk dat de ouder met het gezag de ouder zonder gezag moet informeren over belangrijke zaken die het kind aangaan. Vraagt de ouder zonder gezag desalniettemin zelf (actief) om informatie over het kind, dan verplicht het Burgerlijk Wetboek je om deze informatie te geven. Om welke informatie dit gaat? In ieder geval belangrijke feiten en omstandigheden die het kind, diens verzorging en opvoeding betreffen. Denk aan de cognitieve of sociaal-emotionele ontwikkeling. Je hoeft overigens niet op het verzoek in te gaan wanneer het belang van het kind zich hiertegen verzet. Of wanneer je de gevraagde informatie ook niet aan de ouder met gezag hebt gestuurd. Vraagt een ouder zonder gezag informatie op, vergeet dan niet de ouder met het gezag hierover te informeren.
  2. Welke informatie mag ik aan een nieuwe partner geven?

    Heeft een van de ouders een nieuwe partner, dan mag de school niet zonder meer informatie over de voortgang van het kind aan hem of haar verstrekken. Hier is toestemming van de andere ouder (met gezag) voor nodig. De Algemene verordening gegevens bescherming (AVG) bepaalt immers dat de nieuwe partner een derde is en dat scholen zonder toestemming van de ouders met gezag, geen informatie over leerlingen aan derden mogen verstrekken. En zelfs als er toestemming is, mag je weigeren informatie te verstrekken aan de nieuwe partner. Je hoeft tenslotte alleen de ouders te informeren en niet een derde. De situatie is anders wanneer de nieuwe partner gezien moet worden als verzorger (of voogd) van het kind. Op grond van de Wet Primair Onderwijs en de Wet Voortgezet Onderwijs worden personen die als verzorger aangemerkt worden, ook als ouder gezien. In dat geval heeft de nieuwe partner wel recht op informatie over de voortgang van het kind en mag hij of zij bij ouderavonden aanwezig zijn. Je hoeft hier geen toestemming van de andere ouder voor te vragen.
  3. Wat mogen leerkrachten over de scheiding zeggen?

    ’Juf, vind je dat mijn kind de laatste tijd ook wat stiller is? Komt het door de scheiding? Heeft ze het daar wel eens over? Vertoont ze dit gedrag ook als mijn ex haar komt ophalen?’ Zomaar wat vragen, die op het eerste oog met de gemoedstoestand van het kind te maken lijken te hebben. Maar, pas op! De reactie van de leerkracht kan ingezet worden in de juridische strijd tussen de scheidende ouders. In het ergste geval wordt de leerkracht opgeroepen om te getuigen. Om dit te voorkomen is het belangrijk voor leerkrachten en schoolbestuurders om zich zo neutraal mogelijk op te stellen. Maak hier goede afspraken over in het protocol ‘hoe om te gaan met gescheiden ouders’. Bijvoorbeeld dat de leerkracht, bij een gevoelige echtscheiding of ernstige conflicten tussen gescheiden ouders, – als uiterste middel – voor informatie over het kind verwijst naar de directeur.
  4. Tegen de afspraken in komt de partner het kind ophalen, wat nu?

    Soms komt een ouder (zeg de vader) zijn kind ophalen tegen de afspraken van het co-ouderschap in. Is er een contactverbod met de vader, dan mag het kind onder geen beding met hem mee. Is dit niet het geval en je kun de moeder niet bereiken, dan geldt een soort onderzoeksplicht. Misschien heeft de moeder gezegd dat hij gevaarlijk is? Is dat stemmingmakerij of heeft u dezelfde ervaringen? Hoe reageert het kind als dat zijn vader ziet? Bij sterke twijfels, geef het kind niet mee aan de vader. Wat je keuze ook is, maak een schriftelijk verslag van alles wat is gezegd en afgesproken.
  5. Ik wil mijn kind inschrijven op een andere school, werk je even mee?

    Een van de gescheiden ouders gaat verhuizen en schrijft zijn kind in op een andere school. In dat geval doe je er goed aan te onderzoeken of de andere ouder met gezag het met deze inschrijving eens is. Weet je of behoor je te weten dat de andere met het gezag belastende ouder niet op de hoogte is van de inschrijving of het hiermee oneens is, dan mag je de in- of uitschrijving niet accepteren. De ouder moet dan eerst zelf voor instemming van de andere ouder zorgen. Komen de ouders er niet uit en komt het kind daardoor thuis te zitten, schakel dan de leerplichtambtenaar in. Heeft slechts een ouder het gezag, dan mag je de in- en uitschrijving accepteren zonder toestemming van de ouder zonder gezag.


Gerelateerde en relevante links


De Helpdesk staat voor je klaar!
Heb je een vraag over informatieverstrekking aan ouders of derden neem dan contact op met Nienke Daniëls van de VBS Helpdesk: 070 – 331 52 15, helpdesk@vbs.nl of WhatsApp 06-33029694. De Helpdesk is dagelijks bereikbaar tussen 9.00 – 15.00 uur.

Gerelateerd