In ieder geval tot 8 februari bieden scholen afstandsonderwijs. De vraag naar noodopvang stijgt landelijk. Chris Verboven, directeur van de Vondelschool in Bussum, vertelt hoe het op zijn school gaat met afstandsonderwijs, noodopvang, de ontwikkeling van leerlingen en zijn team.
Welke keuzes heeft de Vondelschool gemaakt voor afstandsonderwijs?
‘We hebben leerlingen boeken en lespakketten meegegeven. Daarnaast bieden we via Zoom online instructie aan. Hoe hoger het leerjaar des te meer tweerichtingsverkeer er is. Groep 8 krijgt dagelijks instructie, terwijl de kleuters twee keer per week via Zoom contact met hun klasgenootjes en juffen hebben. Ook sturen we videoboodschappen, die ouders en leerlingen later bekijken op een moment dat hun uitkomt. Deze video’s gaan over de lesinhoud of zijn lesinstructie. Zo wordt er bijvoorbeeld door de kleuterleerkrachten een boek van Kikker voorgelezen dat ouders vaak voor het slapengaan laten zien.
Het loopt goed, vooralsnog krijgen we alleen positieve reacties. We zijn begonnen ook opdrachten voor kunstvakonderwijs te geven. Leerlingen krijgen filmpjes voor beeldende vorming en muziek opgestuurd en maken dan op hun beurt een filmpje dat ze naar de leerkrachten sturen. Vorige week ging het bijvoorbeeld over kettingreacties en stuurden leerlingen soms heel creatieve filmpjes van een kettingreactie.’
Hoe verloopt de noodopvang van leerlingen?
‘We hebben gemiddeld 12 procent van de kinderen op school. Dat is meer geweest. We hebben naar ouders gecommuniceerd dat het echt noodopvang is voor als er geen andere oplossing is. Daarbij is het niet gegarandeerd dat kinderen in de noodopvang al hun lessen afkrijgen. Sommige ouders kiezen dan toch voor een andere oplossing.
De combinatie noodopvang en afstandsonderwijs is pittig. We vinden dat we leerkrachten niet kunnen inzetten voor noodopvang, want die moeten op afstand gewoon lesgeven. Daarom huren we extra personeel in, zoals stagiaires, onderwijsassistenten en mensen die voor de coronacrisis een andere baan hadden en in het onderwijs aan de slag willen. De subsidiemogelijkheden voor inzet van extra personeel kwamen daarbij als geroepen.’
Wat betekent afstandsonderwijs voor de ontwikkeling van leerlingen?
‘Het is lastig te zeggen. Als de landelijke norm niet naar beneden gaat, loop je achter. Onze school heeft een andere populatie dan sommigen scholen in grote steden. Maar over zo’n 10 procent van onze leerlingen maak ik me wel zorgen. Na de vorige lockdown hebben we veel inzet gepleegd om hun ontwikkeling weer op niveau te krijgen. Ook hierbij was de overheidssubsidie voor inhaalprogramma’s erg welkom. We hebben daarmee een RT’er ingezet, stagiaires en een extra onderwijsassistent om een op een met leerlingen aan de slag te gaan.’
Hoe gaat het met jouw team in coronatijden?
‘Over het algemeen gaat het goed. De meeste collega’s staan er positief in en tonen veel veerkracht. Zij krijgen positieve feedback van ouders. Hopelijk is het op 8 februari veilig genoeg om de school weer te openen. Als de besmettelijkheid van de Britse variant het toe laat zouden we alle leerlingen dan weer graag op school zien.’
(20-1-2021)
